De 25 van Bert, een kwarteeuw in cinema: 17) ‘Gunda’

De 25 van Bert, een kwarteeuw in cinema: 17) ‘Gunda’

Nu 2025 eraan komt, is het tijd om even achterom te kijken. Filmrecensent Bert Potvliege presenteert de vijfentwintig films die hem de afgelopen kwarteeuw het meest beroerden. Een half jaar lang, tot eind december, neemt hij wekelijks de volgende film in de rangschikking onder de loep. Duik mee met hem in al het moois dat Vrouwe Cinema ons geschonken heeft. Deze week, nummer 17: ‘Gunda’ (Victor Kossakovsky, 2020).

DE PRIKKELDRAAD ROND HET LEVEN

De Russische documentairemaker Victor Kossakovsky is een fenomeen. Ik vermoed dat velen onder jullie zijn naam niet kennen, maar in de filmwereld wordt de briljante cameraman al decennia op een piédestal geplaatst. Met het uit 2020 daterende ‘Gunda’ maakte de levenslange vegetariër de film waar hij lange tijd naartoe groeide: een activistische ode aan de boerderijdieren die op onze borden belanden. Alsof het in zijn genen zit, slaagt Kossakovsky er schijnbaar moeiteloos in om met de bouwstenen van filmtaal een cinematografische kathedraal neer te poten. Wees welkom in zijn tempel.

Merci Joaquin

Een twintigtal jaar geleden was er klein festival in Filmplateau Gent over Kossakovsky, in aanwezigheid van de filmmaker. Ik was nog een jonge snuister en kende zijn werk niet, maar zijn films ‘Belovy’ en ‘Tishe!’ maakten toen grote indruk op me. Het was best gezellig met de man op terras zitten (Kossakovsky: “You know, we don’t have to talk about film.”) maar had ik toen geweten welk aanzien hij genoot, was ik waarschijnlijk een tikje zenuwachtiger geweest.

De cineast en zijn werk hebben zelden in de schijnwerpers gestaan, met eerder beperkte aandacht van de pers. Het is een jammerlijke zaak dat zijn films nauwelijks te vinden zijn in de winkelrekken of op streamingdiensten. Trage Russische documentaires verkopen niet echt als zoete broodjes. Dat deze ‘Gunda’ wel wereldwijd faam genoot, hebben we onder andere te danken aan veganist Joaquin Phoenix, die hier optreedt als uitvoerend producent en dankzij zijn bekendheid zijn schouders onder de film kon zetten.

Lievemoederen helpt wel

De zwart-witfilm opent met de zeug Gunda die enkele biggetjes op de wereld zet. In haar hok vol stro liggen de borelingen te genieten van de moedermelk, over elkaar heen tuimelend in een gevecht om een tepel. Ik werd er in een oogwenk een week man van, want het is zo schattig dit nieuw leven te mogen gadeslaan. De biggen spenderen hun dagen met op verkenning gaan in de omliggende velden, wroeten in de modder en lopen knorren, allemaal onder het goedkeurend oog van mama Gunda.

Kossakovsky deelt zijn film op in vijf hoofdstukken, waarbij we begin, midden en eind bij de varkens spenderen. Daartussen krijgen we andere plattelandsdieren te zien, met een hoofdstukje gewijd aan kippen en eentje aan koeien. In die twee segmenten worden de dieren losgelaten – de kippen uit hun kooi en de koeien uit hun stal. Die symboliek kadert uiteraard binnen het activistische thema van de film. Het leven lijkt prachtig, maar de dreiging van de vleesindustrie plaatst prikkeldraad rond dit idyllisch beeld. De film zal leiden naar een aangrijpende conclusie, waar Kossakovsky op intelligente wijze mee omgaat door er geen smartlap van te maken en door niet met de moraliserende vinger te wijzen.

De kunst van de anticipatie

Er is geen dialoog of voice-over. Er zijn geen mensen. Er is enkel negentig minuten lang een visuele en auditieve pracht, waarbij we de boerderij beleven vanuit het standpunt van de dieren. De film is vrijwel integraal gefilmd vanop hun ooghoogte, met een camera die laag over de grond scheert. Sommige beelden worden minutenlang aangehouden. Het is fantastisch camerawerk. Een shot van een kippenpoot die zachtjes een stap vooruit zet, met minimale scherptediepte waardoor de textuur van die poot geïsoleerd wordt, is als hyperrealisme. De manier waarop het daglicht de contour van Gunda belicht, doet je haar rasperige huid voelen, alsof je samen met haar in het veld geniet van de ochtendzon.

Soms weet ik echt niet hoe Kossakovsky het klaarspeelt. Het ware talent van een documentaire-filmer schuilt in zijn of haar anticipatievermogen. Met het ene oog door de zoeker van de camera en het andere dat de omgeving in de gaten houdt, moet je klaarstaan om de toevalligheden van het leven vast te leggen. Let er eens op hoe hij in het openingsbeeld op het juiste moment een kleine zoom doet, net voordat de pasgeboren biggetjes het hok uitrollen. Hoe time je dat?   

Knorrende luidsprekers van empathie

De beelden zijn van een uitzonderlijk hoog niveau, maar het is de klankband die deze wereld tot leven doet komen. De ontzettend rijke cocktail van ruisend gras, tjilpende vogels, kakelende kippen, loeiende koeien en knorrende varkens driedimensionaliseren de film, alsof het een dons is die over je heen getrokken wordt. Probeer indien mogelijk de film in surround sound te bekijken. Al deze elementen samen creëren een audiovisuele onderdompeling in een bad van rust, een spirituele sensatie die je in een staat van medeleven brengt met deze dieren.

‘Gunda’ is geen vrijblijvend stuk boerderijleven voor ons om bij te ontspannen, want Kossakovsky werpt hier enkele belangrijke vragen op over onze vleesconsumptie. Moraliserende films zijn niet zonder risico, want veel cineasten slaan zo onbedoeld aan het preken en komen belerend over, tot ongenoegen van de kijker. In kunst vind ik het altijd een beter idee vragen te stellen dan een zogezegde waarheid te spuwen. Door de afwezigheid van dialoog onderstreept Kossakovsky zijn vertrouwen in de kijker om die vragen vooral zelf te formuleren. Empathie is daarin de sleutel, waarbij het contact met Gunda ons mededogen voedt. We hebben hier te maken met, in de woorden van Jules Winnfield, one charming motherfucking pig. Het allerlaatste, minutenlang durend beeld van de onbeholpen Gunda breekt je hart.

Donderende hoeven

Soms raak je als cinefiel in het slop. De ene na de andere film stelt teleur en je weet na een tijdje niet meer waar je zin in hebt. De liefde tempert een ogenblik en je begint te snakken naar een adrenalineshot. Er zit een scène in ‘Gunda’ die me holderdebolder opnieuw verliefd deed worden op het medium, wat de plaats van de film in deze top 25 bezegeld heeft. Een kudde koeien wordt voor het eerst sinds lange tijd losgelaten op de wei. Ze stormen de stal uit, hollend over het grasland, naar de schaduw van de boom. Het zijn slechts drie beelden, in een lichte slow motion: een statisch shot, een tracking shot en een drone-shot. Het gedonder van de hoeven ruimt geleidelijk aan plaats voor het scherp fluiten van vogels, terwijl de koeien naar het eind van het weiland stormen. Dat is het.

Het moment vloerde me en deed me tegelijkertijd rechtveren, alsof cinema rechtstreeks in mijn bloedsomloop geïnjecteerd werd. Het is een klein moment maar het straalt een filmische klasse uit die zo indrukwekkend is, dat ik moeite heb er de woorden voor te vinden.

Cinefiel poesje

Uiteraard heb ik alle films in deze top 25 herbekeken – de wallen onder mijn ogen spreken boekdelen. Uren heb ik gesleten voor de buis, met notitieboekje bij de hand om mijn gedachten samen te rapen. De kat in huis deed niks liever dan de aandachtshoer uithangen terwijl ik me probeerde te focussen op de televisie. Ze geeft duidelijk geen knijt om cinema. Maar bij deze film was niets minder waar. Toen ‘Gunda’ speelde, zat ze netjes mee te kijken met me, betoverd door het dierenrijk. Het deed me erbij stilstaan dat zorg mogen dragen voor dit dier me gelukkig maakt. Misschien is dat het antwoord op de vraag die de film stelt.

Waar te zien? VOD (AppleTV, Google Play).

Verscheen eerder in deze reeks:

18) ‘Mandy’ (Panos Cosmatos, 2018)

19) ‘Altiplano’ (Peter Brosens & Jessica Woodworth)

20) ‘Spirited Away’ (Hayao Miyazaki, 2001)

21) ‘Silence’ (Martin Scorsese, 2016)

22) ‘Hable Con Ella’ (Pedro Almodóvar, 2002)

23) ‘The Rider (Chloé Zhao, 2017)

24) ‘Hunger’ (Steve McQueen, 2008)

25) ‘Good Time’ (Josh & Benny Safdie, 2017)

Related Images: