In ‘Trofee’ vindt Gaea Schoeters het beest in de mens
Gaea Schoeters, ‘Trofee’
Hoe menslievend we ook zijn, telkens wij een artikel te lezen krijgen dat ‘Jager wordt opgegeten door krokodil’ of ‘Olifant verplettert trofeejagers’ bloklettert, kunnen we haast juichen. Hoe aanzienlijk de aantallen bedreigde diersoorten ook diminueren, er zijn nog steeds onverlaten die geen genoeg nemen met het spotten van de Big Five. Ze tellen ettelijke bedragen neer om de laatste leeuw uit Zimbabwe met een kruisboog naar de eeuwige jachtvelden te sturen om daarna potsierlijk te poseren naast het kadaver. Wie ‘big game hunting’ googlet, krijgt inderdaad een weerzinwekkende collectie trofeejagers te zien bovenop een kadaver. Keert je maag al om? Gaea Schoeters helpt met haar roman ‘Trofee’ je maaginhoud nog een beetje verder naar buiten.
Trofeejager versus stroper
‘Trofee’ kadert net in het gegeven van rijke jagers die absurde bedragen betalen om hun jachtinstinct bot te vieren. Hunter White –what’s in a name?– heeft zijn zinnen op een zeldzame neushoorn gezet. De kop van dit dier is de laatste van de Grote Vijf die nog aan zijn trofeemuur ontbreekt. Hunter is het soort mens dat zijn eigen instinct en jachtgenot boven eender wat in de wereld stelt.
Via zijn vaste jachtrelatie Van Heeren wordt Hunter in Afrika voorzien van trackers en spoorzoekers om zo snel mogelijk oog in oog met de zeldzame neushoorn te staan. Wanneer een troep stropers zich tussen jager en prooi plaatst, neemt het verhaal een verbazingwekkende draai. Van Heeren doet White een aanbod dat onder diens huid kruipt en waardoor je halverwege het boek op het randje van je stoel verder leest.
Jachtzucht
Schoeters weet hoe ze spanning gedoseerd moet opbouwen. Hunter Whites mijmeringen en overpeinzingen die je uit de eerste hand te eten krijgt, leveren niet altijd boeiende materie op maar zorgen er wel voor dat je helemaal meedenkt met de jachtzuchtige White. Net zoals je in ‘Breaking bad’ de gedragingen van Walter White – vast een nonkel – haast vanzelfsprekend goedkeurt, al begaat die man vreselijke misdaden. De gedachtegang van Hunter klinkt zo logisch dat je haast enkel argumenten pro trofeejacht overhoudt.
Hoofdstuk na hoofdstuk bouwt Schoeters de spanning op, en stijgt je weerzin. Wij hebben nog nooit halverwege een boek zo vurig gewenst dat het hoofdpersonage een gruwelijke einde zou wachten. Opgegeten door krokodillen of zo.
Gaea Schoeters bevestigt met ‘Trofee’ haar vakkundig schrijver- en vertellerschap. Schoeters helpt je afdalen in het verwrongen brein van een jager die enkel in zijn eigen gelijk gelooft. Af en toe knijp je even in je wang om je eraan te herinneren dat de gruwel die je leest gelukkig dit keer fictie is, al is de realiteit van de duur betaalde jachtfeestjes minstens even gortig.
Maar schrijf ‘Trofee’ niet af als het zoveelste thrillertje. De duur betaalde trofeejacht die Gaea Schoeters in ‘Trofee’ serveert, is volstrekt uniek. De scheef gewrongen verhouding tussen mens en natuur wordt tot op het bot geanalyseerd. Letterlijk. Geen idee of Gaea Schoeters zelf een leeuw en enkele buffelkoppen aan de muur van haar schrijverskamer heeft hangen. Gezien de kundigheid waarmee ze erover vertelt, vermoeden we van wel. Wedden dat ze op z’n minst met een zware tweeloop overweg kan?
U weze gewaarschuwd.